Death | 24 August 1995 (Age 75) Rosmalen
Source: Bidprentje
Note: Tekst bidprentje:"De weg is beter dan de herberg, maar reizen is ook afzien". Een uitspraak van Jan. niet alleen kenmerkend voor zijn vakantie-besteding, maar ook voor zijn levensweg.
Het verhaal van zijn levensreis vertelt vooral van zijn inzet voor de mensen in de kerk van het bisdom 's-Hertogen-bosch. Zijn levensverhaal is ook het verhaal van de ingrij-pende ontwikkelingen in de Nederlandse kerk sinds de veer-tiger jaren. Hij begon als kapelaan in Raamsdonk, verhuisde naar Waal-wijk en werd later godsdienstleraar in Helmond. Het was een tijd waarin hij zich gelukkig voelde en op zijn plaats. In de jaren van paus Johannes en het begin van het Vaticaanse Concilie werd hij met name door collega's gestimuleerd tot een openheid voor nieuwe ontwikkelingen in de kerk en de samenleving.
Bisschop Bekkers benoemde hem op de priesteropleiding van het bisdom: het Groot-seminarie te Haaren toen ook daar grote veranderingen zich aankondigden. Jan kreeg nu dc kans om de groeiende openheid uit te bouwen cn meer fundament te geven aan wat hij spontaan aanvoelde. In deze jaren leerde hij Jeanne kennen en trouwde met haar. 'In trouw aan mezelf en mijn werk in de voorafgaande tijd, maakte ik samen niet haar een heel nieuw levensontwerp', heeft hij eens geschreven. In dit nieuwe levensontwerp bleef de inzet voor de mensen in het bisdom, gelovigen âen pries-ters centraal staan. In de Bossche kerk die het Vaticaanse Concilie probeerde te verwerken was er grote behoefte aan mensen als hij, mensen die nieuwe wegen durfde zoeken, trouw aan dc cnc weg van dc traditie. Hij werd medewerker van het DPC, het Pastoraal Centrum van het bisdom. Zijn vele talenten werden hier aangesproken en hij heeft ze in-gezet, met enthousiasme en met duidelijkheid, want hij was een man met overtuigingen waar hij voor uit durfde te komen, ook al werd dat niet altijd in dank afgenomen. In de 15 jaar op het DPC heeft hij een grote bijdrage geleverd aan de opbouw van een kerk waarin gelovigen mondig en zelf-bewust zijn en het Evangelie eigentijds en authentiek probe-ren te beleven.
De tegenstellingen en de strijd in de kerk na het Concilie, de ingrepen 'van buiten- en van bovenaf' zoals hij dat noemde, hebben hem veel pijn gedaan, zozeer was hij met de kerk verbonden. Maar hij wist daarbij wel onderscheid te maken tussen kerk-als-instelling en kerk-als-beweging-van-gelovige-mensen. In dat laatste opzicht kon de kerk voor hem niet stuk en bleef hij solidair tot in zijn diepste vezels.
Na zijn pensionering kwam hij meer toe aan zichzelf en aan het zoeken van de betekenis van zijn eigen geloof en de toe-komst van het christenzijn in deze moderne wereld. Samen met geestverwanten praatte en las hij veel daarover. Hij bleef reizen en contacten onderhouden met zijn vrienden en zijn vroegere collega's. Meer dan eerst kon hij tijd besteden aan de buurt. Het huis van Jan en Jeanne werd nog meer een zoete inval voor de kinderen van de buurt, zij kwamen er graag, evenals hun ouders.
Jan heeft in zijn leven veel geleerd en overgedragen aan anderen. Zoals we van een leraar en pastor mogen verwach-ten omvat zijn leven als geheel een boodschap aan ons allen:
Die boodschap is samen te vatten in psalm 126. Deze werd gezongen hij zijn huwelijk en bij zijn uitvaart: "Als God ons thuisbrengt uit onze ballingschap, dat zal een droom zijn". Dit lied is als een tegenrefrein, een aanvulling op zijn eigen uitspraak over de herberg en de weg. De moeilijkheden op zijn pad, de tegenslagen in zijn leven hebben hem niet afge-bracht van de vaste overtuiging: God zal ons thuisbrengen en al onze dromen tot voltooiing brengen. Zo hebben we afscheid van hem genomen, we missen zijn vriendschap en alles waardoor we van hem konden houden, we bewaren zijn droom.
|